De Border Colie is een baasgerichte hond die er nooit genoeg van heeft om voor zijn baas te werken .(will to please)Zijn grote dosis energie en werklust vergen veel tijd van de eigenaar.Dus als men over gaat tot aanschaf van een Border Collie,kan men zich er niet van af maken met 3 x daags een blokje om en 1 x keer in de week een wandeling in het bos.Want als de Border Colie zich lichamelijk en geestelijk niet kan ontplooien, loopt men de kans dat de Border Collie ontwikkelt tot een neuroot of zenuwpees.Die zelf op zoek gaat naar werk , dus ongewenst op allerlei voorwerpen gaat jagen /drijven (auto`s, kinderen, fietsers)Ook ziet men vaak sloopgedrag optreden.Tenslotte ziet men bij Border Collie`s die zich niet kunnen ontplooien , automutilatie zich zelf verwonden b.v staart kaal vreten .Iemand die over gaat tot aanschaf van een Border Collie moet weten wat dit betekent .Niet iedereen kan ertegen om door zijn hond in de gaten worden gehouden met de vraag, baas wat gaan we nu toen .Dus let erop de Border Collie heeft veel beweging nodig en vooral geestelijke stimulatie.Ga met de Border Collie een of andre hondesport beoefenen. B.V. Schapendrijven,Agility , Doggydance ,Obidience,Frisbee sport.Flyball,enz De Rasstandaard:Land van herkomst:Groot Brittannië F.C.I nr :297
Algemene verschijning: Een atletische, gespierde verschijning die harmonisch en sierlijk is gebouwd. De hond is rank en oogt toch stevig. Hij maakt de indruk over een groot uithoudingsvermogen te beschikken.
Kenmerken:onverzettelijk taai, hardwerkende,volgzame hond
Karakter : levendig,allert,scherp,intelligent,snel.
Hoofd:schedel tamelijk breed ,geen volle wangen, voorsnuit matig kort en krachtig,versmallend naar de neuspunt ,neus zwart, neusgaten goed ontwikkeld.


Gebit : sterke tanden en schaarend gebit.
Ogen: wijd uit elkaar ovaal en middelmatig groot.
Oren : beweeglijk, middelgroot,staand of half opgericht.
Hals :goed van lengte en sterk gespierd en verbredend naar de schouders.
Lichaam : atletisch ,de borst diep ,lenden diep en sterk gespierd,de lengte van lichaam is iets meer dan de schouder hoogte.
Voeten :ovaal,voetkussens dik en sterk ,nagels kort en sterk Staart: matig lang ,laag aangezet ,en wordt laag gedragen tijdens werk.
Beweging: vrij,soepel,onvermoeibaar enmet het minimaal optillen van de voet ,zo de indruk wekkend bekwaam te zijn te bewegen met grote souplesse en snelheid.
Vacht : Er zijn twee soorten vachten: kortharig en matig lang. Bij beide is de ondervacht dicht en zacht, de bovenvacht is dicht en middelmatig hard. Bij de halflange vari�teit zijn de kraag, broek en staart overvloedig bevederd. Kleur : een grote verscheidenheid van kleur maar wit mag nooit overheersen.
Hoogte : reuen tot 53 cm teven iets minder.
Gewicht : 14 – 20 kg. Gezondheid:Fokdieren worden onderzocht op het voorkomen van heupdysplasie en de aanwezigheid van erfelijke oogafwijkingen.
Aard /opvoeding:Zeer intelligent, zeer gevoelig, veelzijdig, initiatiefrijk, levendig, alert, met scherpe instincten, leert graag en gehoorzaamt goed. Deze hond moet consequent opgevoed worden. Voor zijn training is hondenkennis nodig evenals het kunnen werken op basis van wederzijds respect.
Bijzonderheden:ook bij een werkhond moet de vacht geborsted worden.

De oorsprong van de Border Collie ligt in de grensstreek tussen Engeland en Schotland. Tijdens het werken is zijn unieke stijl te zien zoals het karakteristieke sluipen evenals het aangeboren eye waarmee de hond de schapen een bepaalde kant uit dwingt. De Border mag tijdens het drijven niet in de hakken of de wol van de schapen happen of blaffen. Bij koeien, paarden of geiten mag dat wel.

HISTORIE VAN HET RAS Voordat de border collie,  Border Collie werd, had hij vele verschillende namen, nl. Working Collie, Old-Fashioned Collie, Farm Collie en English Collie. Al in het jaar 943 zou het ras beschreven worden door Hywel Dda (“Hywel de goede”, koning van Wales, bekend door het schrijven van wetten). Deze Hywel beschrijft een zwarte herdershond die een kudde schapen meeneemt om te grazen in de heuvels en die ’s avonds met de kudde weer naar huis komt. De eerst bekende keer dat een hond werd genoemd die de kwaliteiten vertoonde en de werkzaamheden verrichtte van de huidige border collie was in 1570 door Dr. John Caius. In De Canibus Britannicis (Vertaling Of English Dogges 1576) maakt Caius een verdeling van de 25 dan bekende honden in vijf categorien. In de vierde categorie, gewijd aan boerderij-honden maakt hij melding van de Shepherds Dogge (Canis pastoralis). Caius omschrijft de hond als volgt:

Our shepherdes dogge is not huge, vaste, and bigge, but of an indifferent stature and growth  This dogge either at the hearing of his masters voyce, or at the wagging and whisteling in his fist, or at his shrill and horse hissing bringeth the wandring weathers and straying sheepe, into the selfe same place where his masters will and wishe, is to have t, wherby the shepherd reapeth this benefite, namely, that with litle labour and no toyle or moving of his feete he may rule and guide his flocke, according to his owne desire, either to have them go forward, or to stand still, or to drawe backward, or to turne this way, or to take that way. In 1790 schreef Thomas Bewick in A General History of Quadrupeds onder meer het volgende:This useful animal, ever faithful to his charge, reigns at the head of the flock; where it is better heard, and more attended to, than even the voice of the shepherd. Safety, order, discipline, are the fruits of his vigilance and activity.

Was deze Sheperds Dog, hoewel hij zoals we hierboven kunnen lezen, al wel de echte border collie eigenschappen had, al de border collie zoals wij hem kennen? Waarschijnlijk niet. In zeer oude tijden werden de eerste herdershonden al door de Romeinen naar Engeland meegenomen. De Vikingen brachten hun eigen Scandinavische Spitz honden mee, die oorspronkelijk werden gebruikt om rendieren te hoeden. Deze honden werden op eigenschappen gemengd met de al aanwezige honden, zoals bijvoorbeeld ook de Alt Deutscher Kuli. Fokken was simpel. Een boer zag een hond met de juiste hoed- en drijf- talenten en gebruikte hem vervolgens om puppies te krijgen. Bij fokken werd uiteraard wel rekening gehouden met de omstandigheden van het land waarop een hond moest werken. In heuvelachtige gebieden had men anders gebouwde honden nodig dan op vlak land. In de grensgebieden (borders) tussen Schotland en het noorden van Engeland ontwikkelde zich uiteindelijk de Border Collie zoals wij die kennen. Omdat men halverwege de 19 e eeuw tijdens de industrialisatie steeds grotere kuddes ging houden, was het hebben van een of meerdere goede honden van groot belang. Het testen van de kwaliteiten van de hond gebeurde tijdens trials (to try uitproberen) in een voor iedere deelnemende hond gelijke omgeving en onder gelijke omstandigheden. De eerste officieel vastgelegde Sheepdog Trial werd georganiseerd in Bala, Wales, in 1873. Doordat de best presterende honden tijdens de trials zeer gewild waren als fokhonden groeide langzaam een meer uniform uiterlijk van de honden. In 1906 werd de International Sheepdog Society opgericht. Deze organisatie speelde en speelt nog een grote rol bij het handhaven van de kwaliteiten van de honden die bij haar zijn geregistreerd. In 1915 pas wordt de hond door James Reid van de ISDS ‘Border Collie’ genoemd. Als stamhond van heel veel border collies wordt Old Hemp genoemd. Deze reu werd gefokt door Adam Telfer uit Northumberland in 1893. Zijn ouders waren beiden zeer verschillend. Vader was een driekleur met weinig Eye maar groot werkvermogen. Moeder was zwart met erg veel Eye. Old Hemp was een krachtige, toegewijde werkhond. Hij werd vader van meer dan 200 puppies en er wordt gezegd dat hij model is voor de moderne Border Collie. Hij stierf in 1901. Een ander model voor de huidige Border Collie was Wiston Cap (1963-1979), gefokt uit de lijnen van J.M. Wilson. Veel van zijn nakomelingen werden Cap genoemd. Hij is de meest gebruikte fokreu in de geschiedenis van het ras. Meer dan 95% van alle Border Collies heeft Winston Cap in zijn of haar stamboom. Toch werd pas in 1976, 400 jaar na het artikel van John Caius, de officile rasstandaard voor de Border Collie opgesteld en door de FCI goedgekeurd. Nog steeds heeft de Border Collie vele verschillende verschijningsvormen. Wat telt is het grote hoed- en drijfvermogen, zijn intelligentie en een sterke will to please. Veel veranderd is er dus niet.

HET TYPE VAN HET BORDER COLLIE RAS:  

De 4 verschillende types welke zijn.

1. Northumbrian Type: Bijna alle bc kunnen hun pedigree terug . vervolgen naar deze eene hond Old Hemp.  Hemp is geboren in 1894, gefokt en eigenaar was DHR. Adam Telfer, welke leefde in Northumbrian region van Engeland.  Hemp was een kruising tussen een sterk eye hebbende zwarte teef, en een zwart-witte reu met minder eye maar met een goed temperament en aanleg voor drijven.  Hemp was een sterke, itelligente met eigen intiatief hebbend werker.Hij is vader geworden van meer dan 200 puppies. Hemp was de optimale vorm van het Northumbrian type:  medium-grote met een rough coat .



2. Wiston Cap Type : Dit type ontwikkelt door de beroemde J.M. Wilson reu, Cap, via Jock Richardsons fantastische dekreu, Wiston Cap.  Dit type was even eens Rough coated. Deze honden zijn ook groot met hoekige grote kop. En met veel meer wit in de coats. De meesten hebben een natuurlijke aanleg voor grote wijde out-runs.


3. Whitehope Nap Type: Van alle vier de types is dit de enige met korthaar. Dit type vernoemt Sheila naar de beroemde reu Whitehope Nap.  Dit type honden zijn  sterk, snel en krachtig.Hun vacht is kortharig met een dikke ondervacht die hun tegen kou en hitte moet beschermen. Vele hebben hoge poten en korte lijfjes . Vanwege hun kortharige vacht, snelheid en kracht gebruiken vele rangers in Aus. en USA deze lijnen .




4. Herdmans Tommy Type :Het laatste type is vernoemd naar Hemp zijn kleinzoon, Herdmans Tommy. Drie van de vier hoofdbloedlijnen naar Hemp lopen via deze reu Tommy. Tommy was een medium-grote reu met veel bone [knook]. Zijn vacht was zwart-wit en tan [ driekleur] .  Dit type staat bekent om zijn goede natuurlijke eigenschappen en kracht.

17 Things All Border Collie Owners Must Never Forget

1. Don’t be upset when I jump for joy when you come through the door.
I only live for ten or fifteen years. You are what makes that time enjoyable. Its hard on me when you go away.

2. Give me time to understand what you want from me.
I don’t always get it right on the first try, but I promise I’m trying as hard as I can.
3. Give me your trust.
Just like I trust you, I need you to trust me, too.

4. Don’t be angry with me for too long.
And please don’t lock me up to punish me. You have your friends and family to keep you happy and entertained. I just have you.

5. Take me inside when the weather gets bad.
The backyard doesn’t have air conditioning or a heater. You don’t have to let me on the couch, but a small part of the kitchen is much better than sleeping in the snow.
6. Talk to me.
Sure, we don’t speak the same language, but the sound of your voice brightens my whole day.
7. Remember that I’ll never forget how you treat me.
Teach me that humans are made of love, not pain. And don’t ever let me forget it.
8. Come outside with me.
The sights, sounds, and scents of nature are some of my greatest pleasures in life. I don’t care if we play, go for a walk, or just sit under a tree together I want you to experience them with me.

9. Let me make new friends.
Introduce me to other dogs, cats, or even bigger animals. We might now get along in the end, but having some more friends that look and smell like me makes my life that much brighter.
10. Give me a treat ever once in a while.
Food is one of my greatest pleasures in life. I know you want me to be healthy, so I understand when you don’t share your own meals with me. But giving me a dog biscuit when I’ve been good or mixing tasty vegetables mixed in with my dinner is guaranteed to make me wag my tail extra hard.

11. Please don’t hit me.
I have teeth that can crush bone. Instead, I cover you in sloppy, wet kisses. Just as I choose not to hurt you, please make the choice to not hurt me.

12. Understand when I need my alone time.
I love you more than anything, but even though it’s rare, I don’t always want to play or cuddle. Don’t be sad if I’d rather sleep on the cold tile floor instead of in your bed on hot summer nights, and be understanding if I don’t want to play as much as the years go on.
13. Show me your world.
The house and yard might be the only places I ever see unless you let me come with you. A trip to the pet store, the park, or even just a ride in the car is exhilarating for me. I can’t wait to see what you want to show me.

14. Teach me new things.
Learning new tricks keeps my mind active, but most of all, it gives me a way to impress you. I love showing off for your friends, looking up at you, and seeing how proud of me you are.
15. Let me get dirty once in a while.
Your world is inside, but I thrive outdoors. Sometimes I find a lot of mud or a lake that smells like all of its fishy inhabitants. I understand if you don’t want to wash all that stuff off every day, but as long as it’s safe, let me go back to my wild roots every now and then.

16. Pay attention if I don’t seem like myself.
It might seem like I’m just being lazy or stubborn, but I might not be feeling well. I can’t get help for myself, and I need you to look out for me.
17. Love me when I’m old just as much as you did when I was young.
I might not be the cute puppy that I once was, but I still love you just as much now as I did then. Please take care of me when my body doesn’t work like it used to.17 Things All Border Collie Owners Must Never Forget